< Terug naar resultaten

Nederland koploper in Europese Unie op het gebied van laadpalen

Terwijl er langs het merendeel van de belangrijke Europese wegen een groot tekort is aan laadpalen, heeft Nederland zijn zaakjes goed op orde. Dat blijkt uit data van de European Automobile Manufacturers’ Association (ACEA).

11 oktober 2021

Terwijl er langs het merendeel van de belangrijke Europese wegen een groot tekort is aan laadpalen, heeft Nederland zijn zaakjes goed op orde. Dat blijkt uit data van de European Automobile Manufacturers’ Association (ACEA).

In tien Europese landen moeten automobilisten soms meer dan honderd kilometer rijden voordat ze een laadpaal tegenkomen. Wel is het zo dat in alle landen waar dit speelt, zoals Griekenland, Polen en Letland, elektrische auto’s minder dan 3 procent van het nationale wagenpark vormen. Alleen in Hongarije is dat niet het geval.

De meeste laadpalen
In achttien van de EU-lidstaten staan minder dan vijf laadpalen per honderd kilometer. Slechts vier landen hebben meer dan tien laadpalen per honderd kilometer. Dat zijn Nederland, Luxemburg, Duitsland en Portugal. Het contrast tussen Nederland – het land met de meeste laders (47,5 voor elke honderd kilometer weg) – en een uitgestrekt land als Polen (acht keer groter, maar slechts één oplaadpunt voor elke 250 kilometer) is opvallend, vindt ACEA.

Niet genoeg
“Consumenten zullen niet in staat zijn om over te stappen op emissievrije voertuigen als er niet genoeg laad- en tankstations zijn langs de wegen waar ze rijden”, waarschuwt ACEA-directeur Eric-Mark Huitema. “Als burgers van Griekenland, Litouwen, Polen en Roemenië bijvoorbeeld nog steeds 200 kilometer of meer moeten reizen om een ​​oplader te vinden, kunnen we niet verwachten dat ze bereid zijn een elektrische auto te kopen.”

‘Erbarmelijke omstandigheden’
ACEA roept het Europees Parlement en de Raad daarom op om deze kans te grijpen om de juiste voorwaarden voor e-mobiliteit te scheppen tijdens de komende onderhandelingen over Fit for 55. “Er zal op zeer korte termijn in de hele EU enorme vooruitgang moeten worden geboekt bij de uitrol van infrastructuur. De vorderingen die in enkele West-Europese landen zijn gemaakt, zijn bemoedigend, maar mogen ons niet afleiden van de erbarmelijke staat van het laadnetwerk in andere EU-landen.”